Je kunt al aardig aan de dubbele lange lijnen werken, zowel in centrum als in menpositie. Kunt het een en ander aan figuren doen en misschien ook wel een dubbele lange lijnen proef, maar je wilt graag meer trainingswaarde toevoegen. Voel jij je hierin aangesproken? Dan is dit artikel zeker voor jou! In dit artikel geef ik je namelijk wat inspiratie voor wie al iets meer gevorderd is in het werken aan de dubbele lange lijnen.
Inhoud
- Voltes toevoegen aan bestaande figuren
- Gebroken lijn wijken
- Slangenvolte waarbij je centrum en menpositie afwisselt.
- Korte diagonaal in schouder binnenwaarts
- Op de A-C lijn travers en schouder binnenwaarts afwisselen
Voltes toevoegen aan bestaande figuren
De meest eenvoudige manier om variatie aan te brengen in je dubbele lange lijnen training is door voltes toe te voegen aan bestaande figuren. Dus wanneer je bijvoorbeeld (1) een gebroken lijn in menpositie maakt, voeg je bij X een volte, van ca 10 meter, naar links of naar rechts toe en daarna vervolg je de weg op je gebroken lijn weer. Of (2) wanneer je door een S van hand veranderen gaat voeg je in ieder van de twee bogen van de S een kleine volte toe.
Gebroken lijn wijken
Een gebroken lijn wat opleuken kun je doen door deze al wijkend of zelfs appuyerend te doen. Dus wanneer je linksom in menpositie uit de hoek komt, vanaf A, wijk je naar links richting X. Maak je paard net voor X weer recht en al wijkend ga je weer richting M. Vind je paard het wijken nog wat lastig? probeer dan eerst de gebroken lijn 5 meter te wijken voordat je de gebroken lijn 10 meter doet, zoals hier boven beschreven. Is je paard al veel verder? Maak er dan appuyeren van in plaats van wijken.
Slangenvolte waarbij je centrum en menpositie afwisselt.
De slangenvolte kun je in z’n geheel in menpositie doen, maar ook afwisselen in verschillende posities. vb. (1) Op het rechte stuk ga je in menpositie en in de boog in centrumpositie en na de boog schuif je weer terug in menpositie op het rechte stuk en zo door. Of (2) op de rechte stukken in centrumpositie, dus parallel meelopen met je paard en in de bogen schuif je achter je paard, in menpositie en op het rechte eind weer centrumpositie en zo door. Daarnaast kun je zelf de moeilijkheidsgraad bepalen door de slangenvolte met 3, 4 of 5 bogen te maken. Waarbij een slangenvolte met 3 bogen als makkelijker gezien wordt en een slangenvolte met 5 bogen moeilijker.
Kwart-lijn of (korte) diagonaal in schouder binnenwaarts
Zijn rechte lijnen voor jou geen enkel probleem meer? Kies er dan eens voor om deze voor jou eenvoudige lijnen in schouder binnenwaarts te doen.
Op de A-C lijn travers en schouder binnenwaarts afwisselen
Op de a-c lijn, waar je geen aanleuning meer hebt van de bakrand, kun je meerdere keren schouder binnenwaarts en travers afwisselen. Doe het eerst eens in stap en als dit goed gaat probeer je het ook in draf. Omdat je in deze oefening veel van buiging veranderd, wordt je paard er heel handig en flexibel van.